Wordt u in een waarschuwingsregister opgenomen?

Wanneer u door een bank of verzekeraar van fraude wordt beschuldigd, kunnen zij uw persoonsgegevens registreren in interne en/of externe waarschuwingssystemen.

Registratie in het externe systeem, zoals het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister (EVR), vereist een zwaardere verdenking dan een redelijk vermoeden van schuld. In het interne systeem, de Gebeurtenissenadministratie en het Intern Verwijzingsregister (IVR), volstaat een gebeurtenis die aandacht behoeft of een risico vormt.

Interne registraties zijn zichtbaar binnen de financiële instelling en haar groep, terwijl externe registraties voor andere financiële instellingen toegankelijk zijn gedurende maximaal acht jaar!

Gevolgen van externe registraties kunnen aanzienlijk zijn, zoals beperkingen bij het afsluiten van verzekeringen, het verkrijgen van een hypotheek of het openen van een bankrekening. De registratie moet voldoen aan het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen (PIFI). Het recht op herbeoordeling en informatie over de registratie wordt benadrukt.

De opname van persoonsgegevens in financiële waarschuwingsregisters, zoals het Incidentenregister en Extern Verwijzingsregister, is een ernstige maatregel en mag alleen plaatsvinden bij bewezen fraude.

Voor interne registers gelden minder strenge normen, bijvoorbeeld bij vermoedens van fraude of agressief gedrag. Opname in externe registers vereist 'meer dan een redelijk vermoeden van schuld' en moet een bedreiging vormen voor de belangen van de financiële instelling. Bij deze maatregel moet de instelling een belangenafweging maken, rekening houdend met de persoonlijke situatie en de proportionaliteit.

Registratieperiodes moeten worden gemotiveerd en mogen niet langer zijn dan strikt noodzakelijk volgens de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Individuen hebben recht op informatie en kunnen bezwaar maken tegen de registratie, met mogelijkheid tot herbeoordeling bij veranderde omstandigheden.